Foto van Alide Verheij, blokfluitist en docent.
Ik zit naast mijn pianoleraar aan de vleugel | ☀️ woe. 19 feb. op 7.48/ onder 18.00 | Overslaan
Moed
Als de sneeuw in mijn gezicht vliegt
Schud ik het van me af.
Als mijn hart in mijn borst spreekt
Zing ik duidelijk en vrolijk.
Ik kan niet horen wat het tegen me zegt,
Ik heb geen oren.
Ik kan niet voelen waarover het klaagt,
Klagen is voor dwazen.
Vrolijk de wereld in
Tegen weer en wind in!
Als er geen God op aarde zal zijn
Zijn wij zelf goden.
Uit Die Winterreise van Schubert
Zang Andreas Schmidt, Piano Rudolf Jansen
Alleen maar C’s

Pianoles I – Overslaan
Ik zit naast Guus, mijn pianoleraar. Hij is lang, slank, sportief en een jaar of tien ouder dan ik – iets naar beneden bijgesteld. Ik heb – iets naar boven bijgesteld – bijna tien jaar les van hem. Sinds 27 januari 2016, om precies te zijn. Nadat ik de pianokruk goed heb afgesteld, benen in een hoek van 90 graden en voldoende vrije armlengte tot het klavier, zitten we er klaar voor. Eigenlijk is Guus er altijd klaar voor en ik vrijwel nooit.
In zijn lesruimte twee vleugels, muziek liggend in de boekenkast, stijlen in stapeltjes, elke plank z’n eigen niveau. Op welke plank mijn muziek ligt, weet ik niet, ik geloof ergens in het midden, al zou het kunnen dat dan weer iets teveel naar boven is bijgesteld.
We zitten ieder op een eigen kruk aan de lesvleugel waar een ander geluid uitkomt dan uit mijn (prima) piano thuis. De eerste noten die ik aansla, doe ik steevast opnieuw. Ik schrik van het geluid dat ik veroorzaak. Mijn goeie touch moet nog wakker worden. ‘Het is een hele ouwe dame’, zegt Guus en die zijn nu eenmaal heel gevoelig. In de loop van de jaren ben ik naar haar toegegroeid. Mijn vingers zijn tot iets meer nuance in staat. Werkelijk aanvoelen hoe je het met zo’n oude dame omgaat, kan ik nog niet. Er valt de komende tien jaar nog iets te winnen.
Soms gaan de stukken vloeiend. Dat is (heel gek) alleen maar zo als ik veel gestudeerd heb.
‘Goed zo, Marleen!’ roept Guus, lopend luisterend, waarna ik steevast een stukje stotter. Nadat ik eindeloos lang structureel zijn opmerking over het belang van een goeie vingerzetting genegeerd heb, oefen ik de laatste tijd preciezer. Dat helpt voor de doorstroom van de muziek. En zodra je verder bent dan Vader Jacob of Zie ginds komt de stoomboot ontkom je hier niet aan. Alleen bij Boer er ligt een kip in ’t water heb je genoeg aan vijf vingers op een rij.
Ook al heb ik mijn best gedaan op die puzzel, toch gebeurt het dat er één of twee maten zijn in het muziekstuk die afwijken van de rest van het (brei) patroon. Thuis klonk het best vloeiend maar in de les foezel ik er gewoon maar wat omheen in de hoop dat het niet opvalt. Vierde vinger, derde vinger, drie keer de tweede vinger achter elkaar, oeps ze zijn op. Echt vloeiend en in het juiste tempo klinkt ’t niet.
‘Speel dat stukje nog eens,’ zegt Guus en wijst naar de twee (on)bewuste maten. Waarom gebruik je daar een derde vinger? Kijk, je komt daar aan met een vijfde. Is het dan niet makkelijker om je vierde te gebruiken?
Je vingers goed neerzetten is één ding, zorgen dat het motorisch, met twee handen én ook nog in het juiste tempo klinkt, veroorzaakt zuchten. Over aanslag of dynamiek hebben we ’t dan nog niet eens gehad.
‘Het is ook niet makkelijk,’ zegt Guus. Tel voor tel, desnoods noot voor noot, begeleidt hij me opgewekt door een stukje van hooguit acht tellen, dat is, welgeteld, niet meer dan één lange zucht. Met zijn aanpak en aandacht en door herhalen, herhalen, herhalen, lukt het. Noten worden muziek. Het is zo ongelofelijk fijn dat als het even moeilijk is, iemand je er doorheen helpt.
Amsterdam, 26 februari 2025
Lieve Lezer,
Afgelopen week was ik betrokken bij het concert van het Castello Consort met 17e eeuwse muziek van Frescobaldi en van de 20e eeuwse componist Ligeti. Beide zijn onderzoekende componisten die af en toe met rekenkundige formules melodieën samenstelden. In één van de stukken uit het programma vermijdt Frescobaldi het gebruik van een secunde, oftewel de afstand tussen twee noten. In een ander stuk gebruikt Ligeti maar één noot, de C. Leuk om te weten. Interessant zelfs. Maar vooral: heel mooi! Helemaal als je ’t life kunt horen. Op woensdag 5 maart ’25 als lunchconcert in het Muziekgebouw bijvoorbeeld of zaterdag 17 mei (14.00u) in de Noorderkerk in Amsterdam.
Warme wintergroet,
Marleen
Ligeti – Musica Ricercata
oftewel een onderzoeksstukje
